zaterdag 12 januari 2013

Waar geen paden meer zijn

Als ginds in de wereld de nationale
narren de kamers volsbraken
het gouden bier schuimt in de glazen
de neonlichten wild om zich heen schreeuwen

wie zal met me lopen dan
langs de koele leegten in de velden
wie zal met me horen dan
het verre metaalgerinkel uit nachtelijke stallen

Als ginds markt en mammon in dolheid doordenderen
niets blijft zoals het is
de technobeats schallen uit oneindig
grote boxen de globe plein geworden is

wie zal mijn wilde honden voeren dan
wie zal met me slapen dan
diep in het kreupelhout

Als ginds de Higgsdeeltjes
aan banden worden gelegd
quark en kwamtum hun geheimen
prijs moeten geven

wie zal met me dromen dan
ver achter de hoeven
dat de dode zielen met ons zijn

zaterdag 5 januari 2013

Zoals ik het me voorstel in inktblauwe nachten

Cipressen cipressen
stad van cipressen

Als de middagzon op de slapende katten valt
leg ik mijn lippen in het zand

Witte muren wuiven

Heel mijn leven heb ik gewoond
in de schemerbossen van het noorden
op gronden nat en kil
in holen

Oude guirlandes waaien

Siesta van de turquoise hemel
komt in me
laat gebeuren dat het verdrijft

In het paradijs

Ik zie bebaarde apothekers, apostelen en morfinespuiten
het wit van hun lange jassen
de strengheid van hun blik

Cipressen cipressen
stof trekt door de straten

Ik roep het uit:

Mijn duivel leeft in het varken nu!
Mijn duivel leeft in het varken nu!