De zon scheen alweer op de stenen De zon blonk alweer op het torrenpad Het water kolkte nog in de goten Het water stroomde nog door de pijpen Een bries liet onze roestige schommels bungelen En wij, wij dronken limonade Limonade gulzig uit lange glazen En later -in dit held're licht- later in het geelgroene veld Toen we hand in hand En ik de bloemen Jij het lied en De zoevende auto's over de verre weg Die benauwde kus De duizeling De zon En de zindering