Traag valt het licht uit de hoge ramen
de banken zijn van eikenhout
de vloer van rode steen
koelte
Je bent nabij
Of:
Eindeloos veld van coloradokevers
onder de harde schurende zon
de aarde met de diepe scheuren
de rook, de waterbakken
In de wei ligt het veulen tussen hoge paarse distels
het slaapt
Wind waait
Over je hand stromen de blauwe rivieren
In alle herfsten brandt het loof
alle winters ruiken naar kolen
en in late zomeravonden
als de eindelijke regens op de ramen slaan
ketsen biljartballen sereen
door in het gele licht van het gloeilampen cafe